Vide… 50% zit ernaast
[anti-select]
Dit blogartikel is wel van toepassing op de Meetinstructies – versie 2016.
Dit blogartikel is wel van toepassing op de Meetinstructies – versie 2018.
Dit blogartikel is niet van toepassing op de NEN2580:2007/C1:2008.
De vide is een onderwerp dat aan bod komt in mijn trainingen en de deelnemers stel ik dan altijd eerst deze vraag: Wat is een vide? En nu stel ik deze vraag ook aan jou.
Wat is een vide?
Is de vide de vloer waar je óp staat?
Of juist de ruimte naast de verdiepingsvloer?
Slechts 50% van de deelnemers geeft het goede antwoord!
Dat is wel verontrustend, vind je niet?
Het kan je veel geld kosten, als je niet weet wat een vide is
Als je een vide verkeerd meeneemt in het berekenen van de totale gebruiksoppervlakten, kun je de mist ingaan met de vierkante meters.
Daar zullen je klanten niet blij mee zijn. Tevens kan het je geloofwaardigheid en je professionaliteit verminderen. Misschien stellen de (ver)kopers je wel aansprakelijk voor een verkeerde marktwaarde. Het is dus belangrijk dat je exact weet wat een vide is.
Weet jij 100% zeker wat een vide is?
Ik kan je natuurlijk direct het antwoord geven, maar dat heeft niet hetzelfde effect als dat je eerst zelf de quiz doet.
De situatie.
De vraag.
Bekijk de onderstaande foto. Is verdiepingsvloer A de vide? Of is bij B de vide?
Het antwoord geef ik je nog niet. Die mag je eerst zelf gaan vormen, naarmate je verder leest.
Waarom is een vide belangrijk bij NEN 2580?
In de ‘Meetinstructie Gebruiksoppervlakte woningen’ staat aangegeven dat je ‘de oppervlakte van een trapgat, een vide of combinatie van beiden groter dan 4,0 m2’ af moet trekken van de oppervlakte die je opmeet tussen de gevels.
De meetinstructie is gebaseerd is op NEN 2580 en in deze richtlijn staat:
Bij de bepaling van de GO worden niet meegerekend:
– Een trapgat, schalmgat of vide, indien het oppervlakten daarvan groter is dan of gelijk is aan 4 m2.
Je kunt het bovenstaande ook anders zeggen voor de Meetinstructies:
Bij de bepaling van de totale gebruiksoppervlakte tellen gaten in vloeren met een oppervlakte groter dan 4 m2 niet mee.*
Als je het bovenstaande al 3x hebt gelezen, kan het zijn dat je het verkeerde antwoord hebt gegeven op de quiz. Lees dan nog even door.
Terug naar de quiz
Als de vide een gedeelte van de verdiepingsvloer zou zijn (antwoord A), zou dat de volgende fout geven. Hoe groter dit stuk verdiepingsvloer, hoe meer je van het gebruiksoppervlakte gaat aftrekken. Dat is natuurlijk nogal krom. De bewoners hebben juist meer leefruimte tot de beschikking en dat moet je ook terugzien in een grotere hoeveelheid gebruiksoppervlakte.
Als een vide de ruimte naast de verdiepingsvloer is (antwoord B) dan klopt het wel. Hoe groter de oppervlakte van de vide, hoe groter het gat in de verdiepingsvloer. En dus hoe minder ruimte de bewoners hebben om meubels op te plaatsen en zelf te vertoeven. Het is daarmee logisch, dat bij een grote vide je minder gebruiksoppervlakte mag meetellen.
Vide volgens de kenners en hoe noem je de vloer
Mocht je nog niet overtuigd zijn, dat het antwoord B is.
De dikke van Dale geeft aan dat een vide open ruimte is.
Wikipedia geeft een uitgebreider antwoord:
Een open ruimte die over twee of meer verdiepingen doorgaat.
Een vide ontstaat als een deel van een verdiepingsvloer wordt weggelaten waardoor uitzicht op een lagere verdieping ontstaat.
De vloer naast de open ruimte is bij de meeste woningen de overloop op de eerste verdiepingsvloer. Het uitrekenen gebeurt volgens de aanwijzingen in de meetinstructie. Je noemt het dus niet een tussenvloer, tussenverdieping, mezzanine, entresol of slaapvide. Dat zijn vaak vloeren die tussen twee verdiepingsvloeren zijn aangebracht.
Zo, je weet nu 100% zeker wat een vide is.
*Mocht je meelezen als NEN 2580 gebruiker, niet zijnde Meetinstructies: Bij NEN 2580 mag je vides, schalmgaten en trapgaten niet zonder meer optellen zoals dat gedaan wordt bij de Meetinstructies!
Heeft dit artikel je nieuwe inzichten gegeven? Deel je antwoord hieronder.
Bonnie Allart is de eigenaar van Bonstaete. Zij geeft de cursussen NEN 2580 en Floorplanner, daarnaast ook de bouwkundige trainingen.
Bedankt, ik had het antwoord dus fout.
Dit help mij enorm met een discussie met de makelaar over de woonoppervlakte.
Hij heeft nl de vloer (wat ik vide noemde) niet meegerekend en dat is wel 20m2.
Hallo Bonnie,
Fijn dat je deze blog onderhoudt,
goede uitleg. Uiteraard had ik het antwoord goed 😉
dat is beslist niet altijd zo. Ik blijf je blog dan ook volgen.
Groetjes, Wilko Coervers
Het Tekenbureau
Bedankt voor het compliment!